Robert Oscar Johannes Geurten

Leiden, 14 januari 1958

Een aquarel van de Franse architect/archeoloog Jean-Claude Golvin: een ensemble van Gallo-Romeins bouwwerken bij het huidige Franse Sanxay.

Het was - zover nu bekend - een heilig kuuroord,  bestaande uit een bijzonder tempel complex, een forum, een badhuiscomplex, logie complexen, stallen en een specifiek Gallo- Romeins theater. Het geheel stond op zichzelf in het landschap en was zeer waarschijnlijk ( door het karakter en opzet ) een voortzetting/transformatie van een spiritueel Gallisch oord.

 

Het is een dergelijk opgericht ensemble wat mij al op vroege leeftijd fascineerde: de specifieke plaatsing van bouwwerken in het landschap, typologie van bouwwerken en betekenis die het voor de Gallo-Romeinen heeft gehad.

De Franse uitgave Astérix Le Domaine des Dieux: in 1973 uitgegeven als de Nederlandse Asterix en Het Romeinse Lusthof. Het onoverwinnelijke Gallisch dorpje dreigt door een meesterzet van de Romeinen "opgeslorpt" te worden door een implementatie van de Romeinse (bouw)cultuur. Een persiflage op het Amerikaanse imperialisme en haar kenmerkende nietsontziende modernistische benadering...Het Klassieke als Moderniteit. In werkelijkheid is Gallië nooit geheel geromaniseerd geweest. Een bovenlaag van elite en handelaren profiteerden van de Romeinse cultuur en levenswijze (waar veelal wel een "hoge prijs voor moest worden betaald"..) en de grote onderlaag van het platteland bleven hun traditionele Keltische levenswijze trouw. Het duurde pas tot eind 3e eeuw n. Chr. eer er sprake was van een zeker geromaniseerd Gallië. Het wantrouwen van Asterix is dan ook excellent uitgebeeld... 

De relatie van het Gallische (Keltische) TECTO/ TEKTO en het Griekse TEKTON zit in het bouwen in houtconstructies. Griekse en Keltische tempels waren oorspronkelijk in een houtconstructie opgericht. Perzische en Egyptische invloeden hebben in de Griekse tempels een transformatie laten ontstaan in een bouwwijze met natuursteen en keramische elementen. De houten dakconstructie voor het dak is daarbij behouden, echter in aangepaste vorm. De relatie is niet vreemd: Grieken en Kelten waren beiden onderdeel van oorspronkelijk Indo-Europese volken/cultuur, waar ook de Germanen, Slaven, Italiërs (Romeinen) en volken uit Nood-India/Pakistan onderdeel van waren...

Bovenstaande afbeeldingen tonen twee theorien van het oorspronkelijke gebied van waaruit de Indo - Europese talen (en in zekere mate de cultuur) zich hebben verspreid. 

De uitgaven van resp. Oostenrijks-Amerikaanse, Egyptische en Franse architecten Rudofsky, Fathy en Ravéreau hebben tot een grote bewustwording geleid van de werkelijke kwaliteit van de Vernacular architecture en beperking van de Modernistische Westerse cultuur.

De stelling van Ravéreau is veelzeggend: "Le M'Zab est prestigieux sans intention de prestige".  M'Zab: een Islamitische cultuur in de Algerijnse Sahara met een eeuwenlange levens- en bouwtraditie; die Ravéreau op een indrukwekkende wijze omschrijft en in beeld brengt en waar lessen uit zijn te leren. 

Fathy heeft op een overtuigende wijze aangetoond om met een hernieuwd gebruik van leemstenen op een ecologische, economische en kunstzinnige wijze bouwwerken op te richten voor de grootste groep van de wereldbevolking : "The Poor". Het door de Westerse Modernistische cultuur gedomineerde Egyptische regime verwierp zijn voorstellen. Zelfs de Egyptische "Poor" verwierp uiteindelijk zijn voor hen gebouwde nederzetting New Gourna, omwille van profijt uit illegale opgravingen in hun oorspronkelijke nederzetting Gourna.

Rudofsky introduceerde een architectuur uitgevoerd als een spontane, innovatieve en blijvende activiteit van een groep mensen binnen een bepaalde samenleving. Een activiteit, als een manier van leven i.p.v. een kunst in/van het bouwen, of  als een manier van bouwen, waarin de kunst op een vanzelfsprekende wijze onderdeel is. Deze groep van mensen vormen geen onderscheid in hun samenleving; niet zoals voor de architect in de Westerse Cultuur gebruikelijk is: daarom "Architecture Without Architects"...Met voorbeelden uit de gehele wereld.

Dergelijke vakliteratuur heeft ons meer te bieden dan monografiën over architecten, welke ons een éénzijdige benadering van het bouwen en architectuur geven, ondanks zekere inzichten, ontwerpkwaliteiten en vakmanschap.

De binnenplaats van een woning in Utrera (Andalusië / Spanje). Een symbiose van Moorse (Islamitische) en Renaissance (Westerse) cultuurelementen tot een harmonisch geheel. Spiritualiteit vanuit het Islamitische en Christelijk geloof, zonder dit specifiek te benoemen. De bouwwijze is dezelfde voor de moskee/kerk (publieke ruimte), als voor de woning (private ruimte). De woning heeft echter een meer bescheiden gebruik van materialen en ornamenten (symboliek), maar wel in dezelfde "Grandeur". Detaillering afgestemd op pragmatische én esthetische/spirituele overwegingen. Let op de dakrand beëindiging, vensterafsluiting, entree-omkadering, de bescheiden kleuraccenten... Verhoudingen en gebruik in afstemming met de mens... Architectuur voor een ieder.... Bouwen en architectuur ontstaan in de Spaanse cultuur, die zich heeft verspreid over Zuid- en Noord Amerika en Filipijnen en al eeuwen lang betekenis heeft.  Een les voor "Less is more"....

Kerk Ermita de la Virgen de los Remedios in Velez-Malaga (Andalusië / Spanje). Vergelijk deze Christelijk/Moorse bouwwijze met de bovenstaande woning in Utrera: de elementen zijn voor de kerk zelfs meer ingetogen en soberder uitgevoerd. Het bouwelement met klokken is asymmetrisch gepositioneerd, in tegenstelling met de Renaissance bouwstijl principes, met symmetrie als haar basismethodiek.

Kathedraal en Giralda, Sevilla (Andalusië / Spanje): de Kathedraal is het bouwdeel links in een Gotische bouwstijl met latere aanpassingen in een Renaissance bouwstijl. Dit bouwdeel is respectloos/met machtsvertoon IN het voormalige moskee bouwdeel gebouwd! De toren (Giralda) is een oorspronkelijke Moorse (Almohadische) bouwstijl  gebouwd. De Koutoubia in Marrakech was het voorbeeld. Het bovendeel is door de Christelijke veroveraars in een latere fase getransformeerd als een klokkentoren in Renaissance bouwstijl: een ongekende en betekenisvolle symbiose van twee culturen in harmonie! Een les voor de modernistische Westerse cultuur en architectuur...Het op een harmonische wijze transformeren zonder verlies van karakter van de oorspronkelijke bouwwijzen. De twee bouwwijzen hebben overigens hun roots in het Romeins- Byzantische bouwen; te samen met het vakmanschap van de bouwers, een verklaring van de harmonie..

Het ontstaan van NOVIOTECTO

 

NOVIOTECTO is een uitwerking van een langdurige zoektocht. Een zoektocht die op jonge leeftijd is begonnen met een fascinatie en studie van de Kelten: een volkerengroep en cultuur die vanuit Zuid-Duitsland/Bohemen uitzwermde over een groot deel van Europa en daardoor in direct contact kwam met de Griekse en Romeinse beschaving. De Grieken noemden hen: Keltoi en Galatai. De Romeinen gaven de Kelten een andere naam: Galli - Galliërs. Uiteindelijk zijn het de Romeinen die deze Keltische cultuur door verovering en kolonisatie hebben onderdrukt. Desondanks hebben de Romeinen de Keltische cultuur nieuwe impulsen gegeven, m.n. wat betreft het bouwen en architectuur. 

Romeinse en Gallo-Romeinse bouwwerken vormden de eerste stappen voor mijn fascinatie voor het bouwen en architectuur. Ik kijk nu terug naar een tijd van - toen al - veel onderzoek, ontwerpen, schetsen, tekenen en (model)bouwen van Keltische en Gallo-Romeinse bouwwerken, vestingwerken, nederzettingen en steden - het maken van een "plek": het leven in een wereld van verbeelding. Asterix en Obelix - als Galliërs - raakten een gevoelige snaar... 

Door de studie van de Kelten kwam ik in contact met een geheel andere denkwijze en spiritualiteit. Het fascineerde mij dat het dagelijks leven bij de Kelten (en de verwante Germanen) volledig onderdeel was van een religieuze beleving, ofwel van spiritualiteit. Het bouwen en het stichten van nederzettingen hadden naast het pragmatische tevens een voornaam spiritueel aspect. De fascinatie ging zo ver, dat ik mij na de middelbare school verder wilde bekwamen in de kennis over de Kelten en Gallo-Romeinse cultuur: een studie archeologie leek de volgende stap. Stimulansen om juist gebruik te maken van mijn creativiteit en mijn grote belangstelling voor techniek leidden echter naar een andere studie: bouwkunde...

Door mijn studie bouwkunde en jarenlange ervaring in de bouw en architectuur heb ik verschillende perspectieven op architectuur onderzocht. Architecten en andere deskundigen hebben uiteenlopende meningen, vaak met citaten van invloedrijke architecten zoals Le Corbusier:

L'architecture est le jeu savant, correct et magnifique, de formes assemblées sous la lumiere

In mijn carrière merkte ik echter dat er vaak discrepanties waren tussen de intenties en verwachtingen van betrokken partijen in het bouwproces. Gelukkig heb ik ook projecten geleid waar respect voor elkaars vakmanschap centraal stond, wat leidde tot een vernieuwde benadering van bouwen.

Inspiratie vond ik vooral in de volksarchitectuur (vernacular architecture) van culturen over de gehele wereld.

Drie uitgaven van architecten en hun relatie met vernacular architecture/traditioneel bouwen waren en blijven voor mij een bron van inspiratie: 

Bernard Rudofsky - Architecture Without Architects  (1964)

Hassan Fathy - Architecture for the Poor (1973)

André Ravéreau - Le M'zab, une  lecon d'architecture (1981)

Vernacular architecture richt zich op menselijk vakmanschap en het alledaagse, waarbij bouwprocessen in samenwerking met gebruikers en ambachtslieden plaatsvinden. In tegenstelling tot modernistische architectuur, die vaak gebaseerd is op vooraf vastgestelde ontwerpen, wordt hier gebouwd vanuit traditionele methoden en lokale context. Door studie van modernistische architectuur en verschillende culturen heb ik inzicht gekregen in de tekortkomingen van modernistische architectuur.  Ik pleit voor een meer ervaringsgerichte en leefbare architectuur:

NOVIOTECTO

NOVIOTECTO als hommage aan de Kelten; uit het gelatiniseerde Gallisch : 

NOVIO -, nieuw (hernieuwd) en - TECTO, dak / onderdak-verblijf. 

 

Tevens blijkt de relatie met het oorspronkelijke Grieks;

TEKTON: timmerman, bouwer. Te samen met het woord ARCHI: hoofd/opper; het woord ARCHITEKTON:

hoofd timmerman/bouwer: bouwmeester

De Romeinen hebben dit woord te samen met de Griekse bouwwijze overgenomen: ARCHITECT en hebben het tevensgekoppeld aan het bouwen van/door een architect: ARCHITECTURA. Een nieuw begrip naast het reeds gangbare AEDIFICARE (bouwen, oprichten).

 

Het doel van NOVIOTECTO

NOVIOTECTO streeft naar een dieper begrip van architectuur, dat verder gaat dan alleen de kunstzinnige betekenis. Het benadrukt de noodzaak om de spirituele en onbenoembare aspecten van bouwen en architectuur te erkennen, die essentieel zijn voor het ervaren, beleven en begrijpen van de ruimte waarin we leven. Er is een diversiteit aan architectuurtheorieën. De moderne westerse cultuur worstelt met vernieuwingsdrang en de essentie van het menselijk bestaan. Spiritualiteit is een cruciaal element dat de ziel van architectuur vormt, en het negeren hiervan leidt tot zielloze ontwerpen. Architectuur moet voor iedereen toegankelijk zijn en de essentie van het bouwen moet worden herontdekt.

NOVIOTECTO is een manifest om voor een ieder te komen tot een omgeving die weer leefbaar is. 

Het doel kan alleen bereikt worden door de essentie onder ogen te zien. 

De essentie is enkelvoudig, maar manifesteert zich in een diversiteit van verschillende aspecten. Deze aspecten bepalen het bouwen en architectuur en geven een aanzet naar leefbaarheid:

Aspecten van Architectuur:

De Romeinse bouwmeester/architect Vitruvius benoemt in zijn uitgave  De Architectura  Libri Decem de essentie van / in het bouwen / architectuur - een triade:

- VENUSTAS (schoonheid)

- UTILITAS ( doelmatigheid )

- FIRMITAS ( stevigheid, duurzaam) 

Van oorsprong is deze triade onderdeel van een klassieke vormentaal én het traditionele bouwen/architectuur (vernacular architecture/arquitectura popular): architectuur als Kunst van / in het bouwen: Bouwkunst.

De triade van Vitruvius zijn de hoofdaspecten. Hoe deze vorm krijgen wordt bepaald door zeven aspecten:

1. Bouwen

2. Ruimte, vorm en licht

3. Betekenis

4. Kunst/Poëzie

5. Genius Loci

6. Identificatie

7. Triade van "werking"

Deze aspecten zijn in loop der tijd gevormd vanuit traditie (waar Vitruvius onderdeel van is) en logische/betekenisvolle vernieuwende ontwikkelingen. 

Bouwen: Kennis en Kunde (Vakmanschap)

 

Ruimte, vorm en licht: als intrinsieke aspecten van architectuur - constructie, ordening/geometrie/verhouding, materialisering, kleur en textuur zijn hierin hoedanigheden. 


Betekenis: Het belang van bouwen voor de mens én samenleving, zowel pragmatisch/economisch (utilitas/firmitas), symbolisch, ethisch/intellectueel als sociaal/cultureel (venustas/utilitas): orientatie, aanwezigheid (presentie/het tonen-uitbeelden) en typologie/"taal"- methodologie/wijze van bouwen zijn voorbeelden van betekenis.

Of veelomvattend: betekenis in/voor het dagelijks leven. Sociale- economische en culturele omstandigheden bepalen of een betekenis vaststaand is of verandert.  Betekenis in religieuze zin is over het algemeen vaststaand (dogmatisch). Spiritualiteit is Betekenis met een hoofdletter: onbenoembaar en alomvattend.

Kunst/Poëzie: De rol van kunst, poëzie, mythe, symboliek en verbeelding in het creëren van bouwwerken (venustas).


Genius Loci: De afstemming van bouwwerken op spirituele en fysieke kenmerken en karakter
van een locatie.


Identificatie: Hoe architectuur de identiteit/herkenbaarheid van een cultuur en individu weerspiegelt.


Triade van werking (spiritualiteit): De afstemming van architectuur op intentie, energiewerking en vakmanschap: ofwel de essentie van werking van het bouwwerk en omgeving op de mens en vice versa.

Techniek is geen hoofd aspect. Constructie als techniek is onderdeel van het bouwen, vorm en ruimte en is als zodanig onderdeel van architectuur. Installatie-, elektra- en werktuigbouwkundige technieken zijn slechts dienende aspecten, waarvan de afhankelijkheid zo veel als mogelijk beperkt dient te worden. Ook Duurzaamheid is geen hoofdaspect:  vakmanschap, het juiste bouwen /kennis en kunde is reeds duurzaam...

De uiting van het bouwen en architectuur is eveneens divers en verschillend:

  • historisch - periode en afstemming op een stijl

  • bouwtypen - privaat en publiekelijk (religieus/spiritueel, commercieel, industrieel, recreatief, militair, bestuurlijk...)

  • bouw hoedanigheid - in nieuwbouw, restauratie, renovatie of een combinatie van deze hoedanigheden

  • onderscheiding van architecten - beroemde en minder beroemde (lokale architecten): het uitdragen en tonen van specifieke kenmerken in zover betekenis hebben voor een samenleving/cultuur/de mens

 

Tot slot

Architectuur is een bouwwerk dat samenhangt met leefbaarheid, tijdloosheid en universaliteit. Gezonde traditie kan transformeren en vernieuwen, wat belangrijk is voor publieke gebouwen. De Renaissance introduceerde hiervoor de Romeinse Klassieke Vormentaal als ontwerpinstrument. Woon- en bedrijfsgebouwen werden niet als architectuur gezien, terwijl hierin de Klassieke vormentaal steeds meer werd toegepast.  Modernisme heeft de traditionele architectuur omgevormd tot een betekenisloos en autonoom fenomeen, met een eigen "taal" die niet aansluit bij het dagelijks leven. Het verwerpt traditie maar behoudt wel het traditionele begrip architectuur. Feitelijk is de modernistische architectuur verworden tot design. 

Er is behoefte aan een nieuw begrip dat de transformatie en innovatie in de architectuur weerspiegelt. NOVIOTECTO wordt voorgesteld als een aanzet voor deze discussie.