Straatbeeld van Aix-en-Provence. Een éénheid van diversiteit, zoals in de Europese stad van het vóór- industriele tijdperk gebruikelijk was. Een type straatbeeld welke ook in bijv. Stockholm gewoon was...Vanaf de 19e eeuw werd begroeiing /perken en parken een markant onderdeel van de publieke ruimte.

In Islamitische steden was een gelijksoortige éénheid in diversteit aanwezig van bouwwerken, echter in een minder "sprekende" wijze. De gevels waren gesloten en beperkt voorzien van openingen; de levendigheid vond plaats binnen de woning/de moskee/de hamam/de souk/de medersa... De publieke ruimte was juist niet voorzien van begroeiing. De plek van begroeiing was privaat in het woonverblijf: de patio:  "het paradijs" binnenin;  in fantastische waterlopen/fonteinen en begroeiingen...Een aspect wat de westerse cultuur weer moest herontdekken...

Een geheel van de juiste "werking"....

Karakteristiek straatbeeld van de Marokkaanse stad Chefchaouen: een  éénheid in diversiteit in een ander-meer gesloten - karakter. Zie ook omschrijving straatbeeld Aix-en-Provence.

Patio Riad Lamrani in Marrakech. Het paradijs binnen in de woonverblijf: een oase van rust en beleving. Een aspect van de juiste  "werking"...Symboliek van gezamenlijke oer- elementen: Aarde, Lucht, Water en Vuur ( in de alledaagse patio: het koken).

Ghardaia, M'zab, Algerije. De centraal gelegen moskee met minaret. Om de moskee zijn de woningen gebouwd. Een stedelijke éénheid in diversiteit: de moskee en woningen zijn in dezelfde materialen en afwerking vormgegeven. Een bijzondere kwaliteit, welke reeds onderkend werd door architecten als Le Corbusier en André Ravéreau...Een onderkenning van de juiste "werking"...Een les voor de modernistische architectuur: een les- hier is geen plaats voor pretentie! 

Ghardaia, M'zab, Algerije. Dakterrassen van de zomerverblijven, welke gebouwd zijn bij de palmenplantages. Vormen in afstemming met balustradehoogten, afgestemd op inkijk en privacy van de buren. De ronde vorm op de voorgrond is ontstaan vanuit een zekere noodzakelijkheid: NIET vanuit vormwil! Voorbeeld van Vernacular architecture. Natuursteen met afwerking van leem in diverse oker/terra teinten, overeenkomstig het omringende landschap... Vormgeving in harmonie met de woonverblijven en omgeving: de juiste "werking"...Hier is geen sprake van design.. maar van architectuur: kunstuiting en betekenis door de bewoners zelf. Architectuur die transformatie kan ondergaan, zonder verlies van het oorspronkelijke karakter. 

Museum De Fundatie Zwolle, met een uitbreiding op dakniveau: op een bijzondere wijze vormgegeven en gepositioneerd op het oorspronkelijk Neoclassicistische Museum. Is hier sprake van architectuur of is deze uitbreiding een voorbeeld van bouwdesign?

Bouwheer; de voormalig directeur van Museum De Fundatie noemt de uitbreiding .." ...alsof er een wolk is neergedaald op het museum..".. Maar in de volksmond gaan andere associaties voorbij,  als: "UFO", "Ei", ..."Oog"....

Het is de Luxemburgse architect Leon Krier die vele modernistische bouwwerken treffend duidde: "...Fouten in concept, schaal, verhouding, maat, vorm, inhoud, stijl, type en karakter worden vaak door het publiek spontaan tot uiting gebracht door het benoemen van toepasselijke bijnamen..." 

Of een verwijzing naar andere uitspraak, die van de Canadese ontwerper Bruce Mau: ...."For most of us, design is invisible. Until it fails."....

Hoe ervaart het oorpronkelijke bouwwerk de uitbreiding op zijn/haar dak? Gerrit Komrij - destijds Dichter des Vaderlands - zou hier ongetwijfeld een treffende uitspraak over hebben gegeven... Zijn uitgave "Het Boze Oog" uit 1983 staat ons nog bij...

Intenties van de bouwheer en architect zullen ongetwijfeld vanuit andere overwegingen gestart zijn, waarbij uiteindelijk de oplossing gezocht werd op het dak.....? Welke overwegingen, welke intenties? Het is niet meer relevant. Het is nu de "UFO", het "Ei"of het "Oog" geworden...Of misschien De Parasiet?; enig "lijden"van het oorspronkelijk bouwwerk is voelbaar.... 

En de andere aspecten van de TRIADE? Energiewerking en vakmanschap? Disharmonisch en incompleet....?

Toont de uitbreiding respect naar het oorspronkelijk bouwwerk en omgeving? 

...Mocht marktwerking en een publiekstrekker nagestreefd werden, dan is dat in ieder geval gelukt...Hetgeen niet wil zeggen dat dát een harmonische uitwerking heeft en betekenis zal hebben voor de omgeving en samenleving!

 

 

Hofjeswoningen Amsterdam:  een publiekstrekker die géén marktwerking nodig heeft...anonieme architectuur in een traditioneel Hollands Klassieke bouwstijl.

In gedachte de uitspraak van Ibn Abdun en wat NOVIOTECTO beoogt....Het dagelijks leven met momenten van een lach en een traan... maar juist genieten van schoonheid en harmonie...en elkaar dat gunnen! Zo in Amsterdam, zo in iedere plaats....

Het vervolg van NOVIOTECTO

De pagina NOVIOTECTO: HET ONTSTAAN eindigt met de triade van Vitruvius en de zeven aspecten (...een symboliek met het sprookje Sneeuwwitje en de zeven dwergen ??...).

Het laatste aspect: de triade van "werking" is het minst "grijpbare"/tastbare aspect, maar vormt wél de essentie in het ervaren, beleven en het begrijpen...

Een aspect welke (nog) niet onderkend wordt in de bouwwereld en bij architecten in het bijzonder. Intuïtief wordt door velen "werking" onderkend, maar door het irrationele karakter niet uitgesproken: deels door onwetendheid en deels door een modernistische en wetenschappelijke levensbenadering, waarin (nog) geen plaats is voor een dergelijk fenomeen. 

Gezien de essentie is het juist noodzakelijk om het wél uit te spreken of in ieder geval te (h)erkennen. Op welke wijze is een kwestie van open staan, onderzoek en luisteren naar intuïtie:  onderzoek naar onze westerse roots én onze niet- westerse roots. De laatste geven een aanzet door geomantische fenomenen als FENG SHUI en VASTU SHASTRA te bestuderen. Het gaat er niet om deze letterlijk toe te passen: het gaat erom deze trachten te begrijpen en af te stemmen op jezelf en omgeving. Voor een architect/ontwerper heeft dit een afstemming op zijn of haar ontwerp, inzicht in het bouwproces, houding naar de ander/het publiek en de omgeving.

Het ontwerp en uitwerking daarvan in al zijn facetten is het wezenlijke fenomeen voor het bouwproces én het proces daarna: het gebruik en beheer.  Wil men een voor de mens en samenleving harmonisch bouwwerk tot stand brengen, dan zal de triade van Vitruvius en de zeven aspecten "ingebed" dienen te zijn in het ontwerp op een - om een bijzondere uitdrukking van de Nederlandse architect Aldo van Eyck te gebruiken - evenwaardige wijze. De zeven aspecten vormen de potentie tot bloei. De Natuur toont ons een vergelijkbare potentie in de voortzetting van de soort. De plant als voorbeeld: in het zaad zijn alle toekomstige ontwikkelingen "ingebed" op een harmonische wijze. De levensvatbaarheid van de plant is gewaarborgd. Naast het afstemmen op het programma van eisen van de bouwheer is dit afstemmen op de "inbedding" het grote zoeken van de architect in het ontwerp...In "werking" wordt de juistheid van het ontwerp ervaren: dat het "klopt". Dát is de aanzet naar leefbaarheid- los van sociale-, economische en culturele aspecten én.. los van het aspect schoonheid.

Schoonheid opzich is geen aanzet naar leefbaarheid. Schoonheid wordt veelal beschouwd als het "mooi zijn". Mooi is altijd een subjectief aspect. In relatie met de Klassieken heeft schoonheid meer een relatie in de harmonie en orde: daarin zit het karakter van de Klassieke Architectuur. Als dat bereikt is dan wordt het als "mooi" ervaren door de mens. Het "mooi zijn" in de modernistische benadering heeft deze relatie niet meer: het is verworden in een identificatie: persoonlijk/individueel. Men beschouwt mooi en lelijk als "harde" eikpunten: "iets"is mooi of "iets" is lelijk. Een "beetje" mooi of een "beetje" lelijk vertroebelt de identificatie en wordt dan ook niet benoemd. Een vrouw/man "is" mooi, of "is" lelijk: een uiterlijke beoordeling, maar wat over de innerlijke beoordeling? Uiterlijk valt te manipuleren, maar het innerlijk? Zo de mens, zo architectuur....?

Architectuur heeft in traditionele context betekenis als de Kunst in/van het bouwen (Art of Building). De Westerse Moderniteit heeft architectuur een betekenis gegeven, die "botst" met de traditie: architectuur is verworden tot een modebegrip: DESIGN - een abstract, pretentieus en autonoom fenomeen, werkend door impulsen van innovatie, progressiviteit, uniciteit, individualiteit (ego/ijdelheid) en sinds enige tijd een "werking" vanuit - een nieuw begrip - duurzaamheid... 

DESIGN laat géén transformatie toe: transformatie is juist hét aspect van leefbaarheid (Natuur/Kosmos). Het bouwwerk is een autonoom object geworden; betekenisloos én zielloos. Zo het bouwwerk; zo - wat men benoemd als- architectuur. De modernistische architect is verworden tot een Bouwdesigner (Building Designer)...en creëert Bouwdesign (Building Design).

Design is een fenomeen die uit is op een andere werking: de "werking" - het benadrukken-  van een effect (effecten) en principes met betekenis voor slechts een klein deel van de samenleving: welke beter benoemd kan worden als architectuur voor architecten. Dit wordt in stand gehouden door het architectuur onderwijs, vakliteratuur (monografiën en tijdschriften), symposia en exposities. Er is een cultuur binnen een cultuur ontstaan: een architectuur cultuur; onbereikbaar voor de gewone mens.

De modernistische architect en andere bouwbetrokkenen realiseren zich niet dat de door de Moderniteit opgelegde aspecten van innovatie, progressie en het unieke reeds onderdeel is van elk bouwproces (mits er op de juiste wijze gebouwd wordt)...Een vaststelling die volgt uit traditie en de daarmee samenhangende de Vernacular architecture. 

Architectuur kan alleen betekenis hebben als het kunstzinnige/poëtische aspect tevens een afstemming heeft op de samenleving...als het ervaren, beleefd en begrepen wordt door de mens. Dat kan als de individuele kunstuiting in een juiste intentie gevormd wordt:  met betekenis voor de architect/ontwerper als individu/ voor zichzelf en tegelijk met betekenis van de kunstuiting voor de samenleving / voor een ieder. In de juiste intentie is het ook niet nodig om bewust voor de samenleving te handelen: die verbondenheid is er al. Dat is nu juist hetgene wat het traditionele ambacht en vakmanschap kenmerkt.

Als het blijkt dat een betekenis bijzonder is - bijzonder in behoefte/herkenning, ontwikkeling of groei in een samenleving - dan kan dat als uniek worden beschouwd...

Bouwen is een proces, welke altijd aanvangt met een intentie. In hoever dat leidt tot architectuur zal blijken indien het bouwwerk betekenis heeft. De betekenis blijkt als het bouwwerk beleefd, ervaren, begrepen wordt door:

1. degene die opdracht geeft het bouwwerk op te richten (de bouwheer); als privaat aspect

én

2. de samenleving; als publiek aspect

Hoedanigheden in het bouwen zijn divers, maar hebben altijd een relatie met de samenleving. Daarin onderscheiden zich klein - en grootschalige private en publieke hoedanigheden of instituties. Traditioneel wordt architectuur niet voor niets beschouwd als toegepaste kunst; dus geen Kunst zondermeer. Het gebruik/ de toepassing (pragmatische aspecten) voor de samenleving heeft een evenwaardige betekenis als het kunstzinnige aspect in/van het bouwen. Bouwen in het samenkomen van rationele en irrationele aspecten: Kunde én Kunst. 

Organisatorisch wordt het bouwproces gevormd door drie instanties: de bouwheer, de architect en de uitvoerder van het bouwwerk: de aannemer/bouwbedrijf. De architect/ontwerper is hierin meer een katalysator, tenzij de architect/ontwerper de rol van ontwerper én uitvoerder op zich neemt; een rol als leidinggevende. Dat laatste was in de traditie gebruikelijk en toont de verantwoordelijkheid van de architect/ontwerper voor de uitwerking van het ontwerp naar de bouwheer én de samenleving. De architect meette zich een bescheiden rol aan: hij realiseerde dat zijn rol afhankelijk was van alle bouwbetrokkenen... Voor de meerderheid van bouwwerken is de architect zelfs onbekend.. Het bouwwerk had/heeft zijn beoogde doel: dat was/is voldoende!  

De realisatie van een bouwwerk komt voort vanuit een belang en/of behoefte van de bouwheer. De bouwheer heeft de grootste verantwoordelijke taak in het bouwproces: daar start immers de intentie. Waar is deze intentie op afgestemd, waar is de intentie van de architect op afgestemd?.....In de meeste gevallen op eigen profijt en ego/ijdelheid en NIET op de mens en samenleving...! Desastreus voor private en publieke bouwwerken, maar nog desastreuzer voor de grootste publieke institutie, die het private dient: het WONEN ofwel HUISVESTING...

Het is overigens de vraag in hoever er in de modernistische benadering sprake kan zijn van architectuur in HUISVESTING. Hoe kan een ontwerp vooraf afstemming hebben in betekenis en kunstuiting voor toekomstige bewoners die NIET gekend zijn? Hebben zij zelf nog mogelijkheid om hun individuele behoeften/kunstuitingen vorm te kunnen geven? Of anders beschouwd: hoe architectuur zich op een zekere manier onderscheidt in het private (huisvesting) en het publieke ? Meer in de lijn van de Nederlandse architect John Habraken. Hij onderscheidt dat resp. als "alledaagse" architectuur en "bijzondere"architectuur. John Habraken heeft overigens een zeer belangrijke bijdrage geleverd met zijn (woningbouw) visie over het bouwen en architectuur met de fenomenen  "dragers" en "inbouw" en zijn zoektocht naar een methodologie. Het wordt interessant om te onderzoeken in hoever zijn methodologie zoektocht is af te stemmen op de triade van werking.  ... Hoe dan ook, Habraken heeft een positieve bijdrage geleverd in de worsteling van de moderniteit en haar benadering van architectuur; dat verdient alle respect...

Moderniteit beschouwt woningbouw (huisvesting) als onder architectuur gebouwd te kunnen worden; een opgedrongen modernistische kunstzinnigheid voor de toekomstige bewoner/gebruiker : een ijdel en dictatoriaal trekje van Moderniteit.

Is het te veel gevraagd om te bouwen vanuit een ethisch besef- voor zowel private als publieke bouwerken- De juiste intentie zal dan blijken als het bouwwerk bij ingebruikname en toekomst betekenis heeft en de triades in acht heeft genomen: dus dan te spreken over architectuur. Heeft het bouwwerk géén betekenis? Dan is het een gebouw...bouwdesign en autonoom, een gebouw met slechts betekenis als design/het ontwerp. 

Een betekenisvol bouwwerk zal niet verpauperen: daar hecht men waarde aan. En andersom: als het bouwwerk geen betekenis meer heeft, dan zal het verpauperen of gesloopt worden. De "poëzie van de ruïne" is een bijzondere vorm van verpaupering. Traditionele culturen zijn hierin altijd duidelijk. Moderniteit kan hier niet mee omgaan; die laat betekenisvolle bouwwerken verpauperen of slopen: zelfs "hun eigen" betekenisvolle bouwwerken; zoals is gebeurd met het roemruchtige bouwwerk van Jan Duiker in Hilversum: Zonnestraal...Niet gesloopt, maar werd krampachtig "naar huidige tijd" gerenoveerd...in de geest van een restauratie. Transformeren is - zoals ik al aangaf - geen aspect in moderniteit... Moderniteit kent geen "poëzie van de ruïne"...

In dat verband wil ik nog een opmerking plaatsen over de kwaliteit van het bouwen en architectuur in relatie met de twee triades. Perfectie is een kwaliteit om na te streven. Wij mensen hebben onze beperkingen, ondanks het vakmanschap en intenties. Deze zullen doorwerken in het bouwen en architectuur. Daarnaast speelt een financieel aspect en kwaliteit. Kwaliteit is aandacht in mens/ambacht, tijd en materialen; aspecten welke respect benodigen en waarmee moderniteit worstelt....

De grote uitdaging blijft vooraf de kwaliteit en financien van het bouwen op elkaar af te stemmen; dit heeft altijd zijn uitwerking op de uiteindelijke kwaliteit van het bouwwerk. Architectuur is dan ook niet altijd hét perfecte bouwwerk.. Gelukkig wijst onze intuitie hierin de weg...

Stedenbouw/ Urbanisme

Tot nu toe ben ik alleen ingegaan op de fenomenen het bouwen en architectuur.

Stedenbouw/urbanisme is een ander fenomeen welke gerelateerd is aan het bouwen en architectuur: in een grotere schaal en in relatie met omgeving/landschap en inrichting (ruimtelijke ordening/planologie /infrastructuur/ verkeerstechniek/ kadaster  / weg- en waterbouw). Ook hier blijkt de westerse modernistische cultuur te falen, omdat stedebouw/ruimtelijke ordening in dezelfde benadering wordt bedreven als het bouwen en architectuur. Het is nog desastreuzer vanwege de schaalvergroting en de directe en langdurige uitwerking voor de samenleving. Ook hier zijn de triade van Vitrivius en de zeven aspecten aan de orde, al is het in een ander verband. De modernistische cultuur tracht een zekere grens te stellen tussen het bouwen/architectuur en stedebouw, maar loopt ook hier stuk op haar benadering. Het zijn m.n. de Italiaanse architect Aldo Rossi en de Luxemburge architecten Rob en Leon Krier die, resp., in de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw dit op een overtuigende wijze hebben verwoord, in de publicaties L'Architettura Della Citta (1966), Stadtraum (1975) (Urban Space 1979) en The Reconstruction Of The City (1978).

In etymologisch opzicht blijkt zelfs dat de Hollandse cultuur haar eigen roots niet weet! De nieuwe spelling heeft het oorspronkelijke begrip stedebouw gewijzigd in stedenbouw. Men ging volledig voorbij dat stedebouw betrekking had op het bouwen van een stede. Stede was een begrip voor een plaats, een plek, een boerderij,een hof, een ensemble van bouwwerken: een fenomeen waar ons woord stad van is afgeleid. Door een onjuiste spellingsoverweging is het woord stedenbouw nu opgenomen in de Hollandse taal; als een correctie van het woord stede, als verbuiging van het woord steden. Feitelijk is het woord stedenbouw juist; als het bouwen van steden. Maar het bouwen van een stede is ook nog steeds van toepassing, los van een beschouwing of dát valt onder architectuur of stedenbouw...?Traditionele culturen zijn hierin meer overtuigend...Die bouwen een omgeving voor de mens...Daarin zijn bouwwerken met betekenis (wat wij benoemen als architectuur), bouwwerken met een noodzakelijke, maar onbenoembare betekenis en een verzameling van bouwwerken (stede), die in groter verband als een stad worden verklaard/geidentificeerd. De gehele omgeving was een volgroeide samenhang.   

Ik zal in een later stadium in GALERIE dieper ingaan op Stedenbouw/Urbanisme. "Men" heeft ook hier de traditie genegeerd; het fenomeen DESIGN heeft ook hier zijn weerslag gekregen...Hoe meer een omgeving onderdeel is van DESIGN, hoe minder een omgeving leefbaarder wordt. Eén van de hoofdaspecten voor een urbane context is de mogelijkheid tot een spontane transformatie, dwz de context respecteren en op een logische/noodzakelijke wijze aanpassen in afstemming met sociale, economische en culturele ontwikkelingen. Zo zijn alle traditionele woonomgevingen in de wereld gegroeid. Urbane opzet in rasterpatronen met regelmatige kavels (een zekere vorm van DESIGN) werden door spontane ontwikkelingen getransformeerd in onregelmatige kavels en bouwwerken, hetgeen een impuls tot leefbaarheid werd of anders gezegd: leefbaar gemaakt tot een zekere schaal/grootte bereikt was (letterlijk in grootte van de stad en figuurlijk in de sociale/culturele context). Wij zijn dát vermogen tot leefbaarheid ook hier kwijt geraakt...

Zie hier een Grote Uitdaging; een uitdaging die NOVIOTECTO oppakt...Een nieuw besef... Een (her)nieuwde benadering. Nieuwe vormen van organisatie in het bouwproces. Nieuwe vormen van het bouw - en architectuuronderwijs...Een nieuw besef van materialen en haar wezenlijke kwaliteiten (een besef die in traditionele culturen vanzelfsprekend was): de eerste aanzet naar vakmanschap. Een Nieuwe benadering van het bouwen /architectuur: respect voor elkaar, elkaars vakmanschap, respect voor de omgeving, een besef van kwaliteit en de aanzet naar leefbaarheid! Het begrip duurzaamheid niet meer benoemen is al een stap...En.. een nieuwe dimensie van de architect...een noviotect?

Terug naar verworvenheden uit de westerse traditie/cultuur en de niet-westerse culturen, waarin bouwen en architectuur niet onderscheidend was en er slechts sprake was van betekenisvolle bouwwerken welke afgestemd waren op de specifieke cultuur (identiteit/kunst/poezie/symboliek), klimaat, locatie in een ruimte/vorm en energiewerking die voor een ieder was afgestemd... Het werkelijke Less is more...

DESIGN/ Moderniteit het fenomeen waar Less niet afgestemd is op de juiste (energie)werking...

Voor DESIGN/ Moderniteit geldt:  Less-on in learning to become more

Arrogant? Juistheid kent geen arrogantie...

 

 

NOVIOTECTO in het kort

 

NOVIOTECTO: een benadering van bouwen en leefomgeving, waarin de mens centraal staat.

NOVIOTECTO: een benadering die traditie respecteert, onderzoekt en die moderniteit slechts beschouwd als een vernieuwend aspect, indien deze op een logische wijze kan worden geïmplementeerd: ofwel, als het betekenis heeft voor zowel de mens als de samenleving. 

NOVIOTECTO: een benadering waarin betekenis het veelomvattende begrip is; gerelateerd aan pragmatische én kunstzinnige/poëtische aspecten van/in het bouwen, al naar gelang een specifieke afstemming. Het bouwwerk is een afspiegeling van een zekere betekenis én kan hierdoor betekenis hebben in het gebruik. Betekenis wordt door de mens bepaald, maar kan ook veranderen/transformeren: het juiste bouwwerk zal dan ook een (zekere) verandering/transformatie kunnen ondergaan.

NOVIOTECTO geeft géén definitie/theorie van architectuur : architectuur is als de samenleving een bouwwerk als zodanig benoemt en het bouwwerk als harmonisch/ in welzijn ervaart, beleeft en begrijpt. Een hernieuwd vakmanschap van de architect als basis voor het bouwproces, met het kennen en uitdragen van de essentie...Realisatie dat het bouwen een proces is, waarin respect van alle bouwbetrokkenen evenwaardig is. Een juist ontwerp wordt op een vanzelfsprekende wijze gedragen door alle bouwbetrokkenen, zoals in traditionele culturen gebruikelijk is. 

NOVIOTECTO: een benadering waarin duurzaamheid niet benoemd hoeft te worden: traditioneel bouwen is in essentie duurzaam. De Westerse Moderniteit is in essentie niet duurzaam en zal in de huidige ontwikkelingen nimmer duurzaam worden...Het benoemen van duurzaamheid in relatie met het bouwen en architectuur, geeft al aan dat er van een onjuiste benadering wordt uitgegaan!

NOVIOTECTO: een benadering die nog in ontwikkeling is: research & development met in achtneming de diversiteit van culturen en daarbij behorende bouwwijzen/ architectuur en de afstemming op de spirituele/religieuze belevenis, symboliek, Genius Loci, klimaat/Natuur, topografie, morfologie, typologie, patronen en elementen. De kennis en toepassing van materialen en bouwmethodieken is een afstemming op deze aspecten en constructie. Traditionele bouwmethoden en de Klassieke Vormentaal van iedere cultuur vormt de basis van research & development, omdat hierin de "ingrediënten" aanwezig zijn die betekenis hebben, maar die daarnaast tevens kunnen transformeren in een nieuwe betekenis. 

NOVIOTECTO: een benadering die uitgaat van een TRIADE

Intentie (voornemen - ethiek - schoonheid)

Energiewerking (geomantie; kosmos/natuur/mens)

Vakmanschap (kwaliteit - kennis en kunde - schoonheid)

In de afstemming kosmos/natuur/mens ligt hierin de relatie én respect voor de leefomgeving. Bouwen is altijd een ingreep op de Natuur: de traditie leert ons dat de mens hier oorspronkelijk op de meest respectvolle en zorgvuldige wijze mee om ging. De triade was hierin leidend...is leidend in het Nu en daardoor ook in de toekomst...Respect voor de Natuur /Aarde betekent ook voor bepaalde plekken: niet bouwen!

NOVIOTECTO erkent geomantie. Geomantie van westerse en niet- westerse culturen geven hierin richting: het oud- Indiaase VASTU SHASTRA en Chinese FENG SHUI blijven betekenisvol, in eerste plaats door deze benaderingen te bestuderen en "werking"te begrijpen, ervaren en beleven. In de tweede plaats door te luisteren naar zijn/haar eigen intuitie en "werking"af te stemmen op het bouwproces. 

NOVIOTECTO: een benadering die elke keuze en wijze van het bouwen open laat, mits deze tot doel heeft een bouwwerk tot stand te brengen, welke beleefd, ervaren en begrepen wordt door een ieder en daardoor in harmonie is met de mens en leefomgeving: door ons, voor ons en met ons. Het fenomeen participatie dient dan ook niet benoemd te worden: in een gezonde samenleving is al sprake van participatie...Wat is de werkelijke bijdrage van de architect / architectuur in projecten die het wonen - huisvesting betreffen? Immers de bewoner weet zelf hoe hij/zij wenst te wonen? Zo het in een traditionele samenleving "gewoon" was....Men was zelf de bouwheer/architect/bouwer te samen met de vaklui! Voorwaar een aanzet voor de burger om zelf bouwinitiatieven te nemen! Voor zowel het wonen als publieke instituties.

Tot slot

Het is onze intuïtie ( het spirituele fenomeen) die aangeeft of het bouwwerk op de juiste wijze is afgestemd op de triade. Zo wij hier bewust van zijn, is het dan van belang om een bouwwerk te classificeren als ARCHITECTUUR? Of hoe zou het zijn als elk gebouw ARCHITECTUUR ís..zonder pretentie? 

De les van André Ravéreau en de leefbaarheid van een samenleving blijft actueel. De westerse cultuur heeft nog steeds één grote valkuil: dat zij pretendeert te Weten en volledig voorbij gaat aan het Weten van andere culturen! Culturen die spiritualiteit in hun eigen benadering hebben geintegreerd in het dagelijks leven en die geconfronteerd worden met de "verleidelijke korte termijn effecten" van westerse moderniteit en deze klakkeloos overnemen, met gevaar dat dat ten koste gaat van haar identiteit. Deze stelling was voor mij al op jonge leeftijd herkenbaar in de veroveringszucht en kolonisatie van de Romeinse cultuur op de Keltische cultuur. Uiteindelijk ontstond hieruit een nieuwe cultuur, met nieuwe potenties: de Gallo-Romeinse cultuur. Echter met een nieuwe kracht en betekenis:  het Weten van de Kelten was hierin volledig geintegreerd....Een Weten die ook door de Romeinen erkend werd. Wellicht niet vreemd, omdat beide culturen afkomstig zijn uit dezelfde Indo- Europese roots. De cirkel is rond: zo op jonge leeftijd, zo op oudere leeftijd, maar nu met inzicht...

In mijn betoog ben ik weliswaar uiterst kritisch naar het westerse modernisme, maar ik ben mij wel bewust dat ik hier volledig onderdeel van ben. Een kritische noot is de weg naar groei.. Voor die groei hoop ik aan de moderniteit een bijdrage te kunnen leveren.  Heeft zij het werkelijke vermogen de handschoen op te pakken en haar falen te erkennen? Dat zou de eerste stap betekenen.. Een stap naar ons werkelijke welzijn.. Voorwaar een uitdaging voor het hooghouden van één van haar speerpunten: het aangaan van een dialoog....Zo er ook respect is te geven voor de westerse moderniteit.. Architectuur is slechts een facet in dit dialoog.

NOVIOTECTO... een ander verhaal...Een structuur waarin iedere cultuur is te herkennen of te plaatsen, met respect voor iedere cultuur...

Een afsluiting met een verwijzing naar een bijzondere uitspraak uit het verleden, uit een niet-westerse cultuur; en juist betekenisvol voor een ieder! Laten wij deze kernachtige uitspraak koesteren...!

De uitspraak van Ibn Abdun, een Andalusische (Islamitische) rechter uit de 12e eeuw:

"...Zover het architectuur betreft: het is het oord waar de geest, ziel en lichaam van de mens bescherming en onderdak vindt..."